Hond kijkt me aan, met zijn koppie schuin…”Waarom kijkt baasje nou zo vaag uit haar hoofd?”
Want het baasje is een lang weekend weg, alleen, hutje op de hei. Een comfortabel huisje, klein maar fijn, met een warme douche. Eens kijken of haar eigen ritme nog bestaat. Maar nu heeft het baasje geen wifi (wat wel vermeld stond op de site) en heeft het baasje het steenkoud (een blokhut in vrieskou blijk je niet warm te krijgen met elektrische kacheltjes). Zelfs hond kruipt bij me op het bed
What to do…
Ik zou gaan voor rust en comfort. Ik wik en ik weeg. Het knaagt en ik voel me egoïstisch omdat ik het niet comfortabel genoeg vind. Ik wilde zo graag dit weekend weg. Ik heb er geld voor betaald. En er zijn dingen nog steeds heel fijn: de omgeving is geweldig, de rust is er, de zonsopgang zien vanuit bed…
Ik kijk naar hond en zeg: “We maken er het beste van, jij en ik! We zetten de elektrische kacheltjes op maximaal, kruipen in bed, kijken die ene gedownloade film nóg een keer, hete kop thee erbij. Helemaal gezellig.”
Een koude, Poolse oma
Na een kwartier kruipt hond bij me ONDER de deken. Dat heeft hij nog nooit gedaan. Ik heb het ook koud en sla mijn grote sjaal om als hoofddoek. Ik voel me spontaan een Poolse oma. Een koude, Poolse oma, wel te verstaan. Deken tot aan mijn kin, hond als kruik en een nieuwe hete kop thee. Ik laat me uit het bed schuiven om het water op te zetten. Maar mijn rugspieren zijn zo koud geworden dat ze verkrampen waardoor ik versteen en met mijn gezicht in de dekens val. Ik kreun. Ik vloek. Weg laatste beetje comfort…
Zo klaar als een klontje
Opeens overvalt me een gevoel dat ik maar al te goed ken. Ik voel me een zeikerd, zwak en egoïstisch. Normaal was dat de perfecte bodem voor de ‘niet zeuren, doorgaan!’ tactiek. Nu probeer ik me te bedenken wat ik wil, hoe ik goed voor mezelf zorg en wat ik nodig heb. En meteen is het zo klaar als een klontje; ik wil naar huis en in een warm bad. Zorgen dat ik weer warm word en mijn rug ontspant.
Met moeite en als Quasimodo pak ik mijn spullen in. Hond drentelt om mij heen. Die vond het sowieso allemaal maar niks. Raar plekje, de rest van de roedel was er niet en de hinnikende buren waren maar een stel engerds.
Ik krijg alles in de auto en zeg hardop tegen hond; F#ck it, ik kies voor comfort.